Sinds 2009 is, bij de invoering van de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding, het voor scheidende ouders verplicht gesteld om een ouderschapsplan op te stellen en vervolgens toe te voegen aan het verzoek tot echtscheiding. Sindsdien is deze verplichting onderdeel van het ouderlijk gezag, om op die manier de ontwikkeling van de banden tussen het kind en de andere ouder te bevorderen. De wetgever acht het in het belang van het kind dat het met beide ouders persoonlijk contact heeft. Heeft één ouder het ouderlijk gezag en is de andere alleen juridisch ouder? Dan mag u afspraken maken over omgang, maar dit is niet verplicht.

Minimumvereisten

Ouders zijn in principe vrij om afspraken te maken in het ouderschapsplan zoals het hen wenselijk voorkomt. Wel is het zo dat het voor de ouders niet mogelijk is dat zij vastleggen dat het kind slechts contact heeft met één van zijn ouders. Daarnaast dient het ouderschapsplan, indien beiden ouders het gezag hebben over het minderjarige kind te voldoen aan een aantal minimumvereisten. Scheidende ouders dienen minimaal afspraken te maken over: de manier waarop zij de zorg- en opvoedingstaken willen verdelen, de wijze waarop zij het recht en de verplichting tot omgang vormgeven, de wijze waarop zij elkaar zullen informeren en raadplegen over gewichtige aangelegenheden betreffende het minderjarige kind, het vermogen van hun minderjarige kind, en over de wijze waarop zij in de kosten van verzorging en opvoeding van het minderjarige kind zullen voorzien. Het gaat hier over kinderen tot de leeftijd van 18 jaar. Daarnaast kunt u ervoor kiezen om ook andere afspraken op te nemen in het ouderschapsplan. Bijvoorbeeld wat u als ouders belangrijk vindt in de opvoeding, bepaalde regels (bedtijden, huiswerk) of opvattingen over straffen. Of over het contact met de beide families.

Het verzoekschrift dient daarnaast te vermelden op welke manier het minderjarige kind is betrokken bij de opstelling van het ouderschapsplan, zodat de rechter kan beoordelen of het ouderschapsplan strookt met de belangen van het minderjarige kind. De mate waarin het mogelijk is het kind te betrekken bij de opstelling van het ouderschapsplan is volgens de wetgever afhankelijk van de leeftijd en het ontwikkelingsniveau van het kind.

Overlegging van een ouderschapsplan mag alleen achterwege blijven als die overlegging redelijkerwijs niet mogelijk is. Enkele voorbeelden van zulke situaties genoemd zijn, te weten de gevallen waarin: de andere echtgenoot onvindbaar is, geen communicatie (meer) mogelijk is tussen de ouders dan wel wanneer één van de ouders in een blijf-van-mijn-lijfhuis, gevangenis of vanwege een psychiatrische stoornis, in een psychiatrische inrichting verblijft.

Wanneer het ouders niet lukt om gezamenlijk een ouderschapsplan op te stellen, kan de rechter op verzoek van de ouders of één van hen een contactregeling of omgangsregeling vaststellen, om alsnog de omgang met beide ouders te bewerkstelligen.

Meer informatie

Heeft u vragen over het opstellen of wijzigen van een ouderschapsplan of bent u benieuwd of in uw specifieke gezinssituatie een verzoek tot vaststelling of wijziging bij de rechter kans van slagen heeft? Neem dan rechtstreeks en vrijblijvend contact op met: Thomas Christoph of Viviènne Uijterwaal, beiden advocaat Familierecht. Mail hiervoor naar: christoph@honoreadvocaten.nl of uijterwaal@honoreadvocaten.nl of bel: 030 214 51 50.